Deze week vielen er enkele opmerkelijke namen tussen wal en schip of beter gezegd van hun schip. De directeur van Telenet werd bedankt voor bewezen diensten nadat hij de spreekwoordelijke middelvinger had opgestoken naar zijn hoofdaandeelhouder. Het mislukte overnamebod (hoezo mislukt, is gewoon uitstel van executie als je al 58 % hebt, als de prijs te duur is zijn er andere mogelijkheden, je belaadt het bedrijf met schulden en haalt alle cash eruit zodat de koers vanzelf de dieperik in gaat. Vervolgens doe je een nieuw bod op de resterende aandelen en de kansen zijn dan veel beter).
In mijn kantoor in Antwerpen ben ik ook klant van Telenet en kan ik zeggen dat de kwaliteit inderdaad goed is, maar de kost te hoog. Per maand betaal ik daar iets meer dan € 100 voor hun triple p(ay) aanbod en dat is fors te noemen. Dit komt trouwens netjes terug in hun jaarcijfers als je naar hun brutomarge kijkt. Nu zou dat een verdienste zijn, mocht er concurrentie zijn, maar die is er niet op de kabel. Een echt monopolie mag je het niet noemen, want ze hebben wel concurrentie van de telecom-operator, maar daar stopt het eigenlijk mee. Het huidige duopolie zorgt netjes voor stabiele hoge prijzen en de markt wordt netjes verdeeld.
Dat ik voor een triple p(ay) dienst in Nederland de helft betaal (tot 40 % minder), zegt genoeg. Dat de dienstverlening dan wellicht wat minder is (wat ik trouwens nog niet hebben kunnen constateren wanneer ik in Nederland werk), neem je er graag bij, maar bijvoorbeeld kwaliteitsverschil van de dienst merk ik niet, internet is in Nederland via de kabel even snel als gebruiker als in Vlaanderen. Onze regulator BIPT zit volgens mij toch wat te slapen, maar heeft wel een goed initiatief genomen door te eisen dat de kabel voor concurrentie wordt opengesteld.
Voor de rest is de komst of vertrek van directeuren eigenlijk van weinig belang daar het toch vooral de organisatie is die voor de dagdagelijkse werking zorgt (enige zelfrelativering kan veel directeuren geen kwaad doen gezien het ego eigenlijk vaak in de weg zit). Het echte nieuws is veel moeilijker te vinden, maar een bericht zoals dat er 2 miljoen plastic stukjes per uur de Maas afstromen,, zou onze zee eigenlijk hoofdnieuws moeten zijn want we vergiftigen alle toekomstige generaties met ons korte termijn gewin. Waarom zijn onze politici daar niet mee bezig om ervoor te zorgen dat alleen nog biologisch afbreekbaar plastic mag gebruikt worden?
Kan men de handel niet gewoon verbieden, dit is ook gebeurd met de giftige CFK's in de jaren 80 die onze ozon aan het afbreken waren. Neem daar het nieuwe boek(Future) van Al Gore bij en je krijgt alle feiten netjes opgesomd. En toch begint het ook bij jezelf door bijvoorbeeld zoveel afbreekbaar of recycleerbaar materiaal te gebruiken in je dagdagelijkse zaken zoals voeding. Niet gemakkelijk om te vinden trouwens, want werkelijk alles zit in een plastic fles. Nu worden die wel hergebruikt om zaken zoals truien en bumpers mee te maken maar toch.
Het nieuwe boek Future zal zeker weer een bestseller worden al zijn de vele statistieken en cijfers waarschijnlijk te veel en riskeer je iemand murw te slaan. Nochtans is de noodzaak tot verandering nog nooit zo groot geweest daar innovatie op lange termijn het verschil zal gaan maken. Ondanks het goedkope schaliegas moet Europa het voorbeeld geven en durven kiezen voor een tweede route naar een 100 % duurzame energiehuishouding tegen 2050. Dat Vito zegt dat dit 300 tot 400 miljard euro zou gaan kosten klinkt spectaculair, maar moet gerelativeerd worden, want waar een kost is voor de ene is ook een opbrengst voor de andere. De grote winnaar moet ons klimaat worden zodat ook toekomstige generaties op deze prachtige blauwe planeet kunnen wonen, maar daarnaast zullen die bedrijven die hierin investeren een andere winnaar mogen zijn. Op korte termijn gebeurt echter het omgekeerde want de politiek blaast warm en koud als het over duurzaam gaat. Duurzaam is goed, maar het mag ons niet pijn doen. Alsof verandering pijnloos kan? Alle grote industriële revoluties hebben het maximum geëist van hun generaties en gingen vaak ook gepaard met oorlogen (jammer genoeg ging het vaak ook andersom, oorlog heeft vaak voor innovatie gezorgd, maar de kost is altijd buiten proportie geweest).
Ook in België roepen onze politici duurzaam, maar vervolgens zeggen ze in dezelfde zin dat het ondersteunend systeem (lees groene stroom certificatensysteem) te duur is (lees de zonnepanelen saga) of laten ze het systeem rotten (lees er zijn al bijna twee jaar te veel certificaten in de Vlaamse en Waalse markt waardoor de duurzame producenten alleen nog terecht kunnen voor de boeteprijs en de leveranciers geen interesse meer hebben om certificaten te kopen) en zo de markt laten stagneren. Onlangs sprak ik nog met iemand van de Vlaamse regulator en stelde hem voor dat hij contact zou nemen met zijn Nederlandse collega's bij DTE om zo ons systeem ginder te introduceren (in Nederland zijn ze het stilaan wel erover eens dat hun systeem zijnde SDE+ niet goed werkt). Het is opvallend hoe verrast men is als dit wordt voorgesteld en kun je zo zien dat Europa in de praktijk nog heel ver weg is.
Nochtans is ook voor de energiemarkt integratie op Europees niveau de weg naar een betere marktwerking. Stelt u voor dat men overal het certificatensysteem zou hanteren waardoor overal voor investeerders en gebruikers hetzelfde systeem en dezelfde voorwaarden zouden gelden? Ondertussen blijkt dat Wallonië zowat even ver achter blijft met de introductie van groen gas ook al zijn de nog op te lossen obstakels eerder bescheiden. Het is wel wrang om aan de ene kant van topambtenaren de vraag te krijgen om een groengasproject mogelijk te maken en aan de andere kant hun collega's bij de regulatoren eerder sceptisch zijn en de indruk geven dat dit nog jaren gaat duren! België mist hier de boot gezien al onze buurlanden nu wel degelijk hun groengasprojecten beginnen.